29/03/2022 Leuven – Gabrijel weet niet meer precies in welk jaar het was, maar op een dag besloot zijn vader dat het tijd werd dat zijn kinderen als gezin leerden bidden. In het begin was het moeilijk; hij en zijn broers en zussen verzetten zich, omdat ze liever speelden. Vaak vielen ze in slaap, maar uiteindelijk werd het een gewoonte. “Het gebed werd een deel van ons leven en als dat eenmaal gebeurt, denk ik dat het onmogelijk is om er nog van af te komen”, zegt hij.
De Mis daarentegen is altijd iets heel speciaals geweest voor Gabrijel. In het kleine dorp Rotimlja, waar de meerderheid Kroaten waren, was de zondagsmis een belangrijk onderdeel van het gemeenschapsleven, maar voor hem was het veel meer: “Voor mij was de Mis een mysterie, iets interessants. In die tijd begreep ik de lezingen niet, ik begreep het Evangelie niet of iets anders. Ik was gewoon enthousiast om misdienaar te zijn.”
Gabrijel herinnert zich dat het luiden van de klok bij de inzegening hem bijzonder boeide en dat hij probeerde uit te vinden waar de klok vandaan kwam en wie hem luidde. Enkele jaren gingen voorbij en hij werd uitgenodigd om misdienaar te worden. Toen was het mysterie eindelijk opgelost: “Op die dag was niemand gelukkiger dan ik,” zegt hij lachend.
Tijdens zijn tijd als misdienaar begon Gabrijel na te denken over het priesterschap. “Dankzij deze tijd heb ik mezelf gevonden. Ik besefte dat mijn weg anders moest zijn dan die van mijn vrienden,” vertelt hij in een interview met Kerk in Nood. Zijn verlangen om als pastoor herder te worden, werd echter al snel op de proef gesteld door echte schapen: “Toen ik in de achtste klas zat, kochten mijn ouders dieren. Ik vond het heerlijk om voor ze te zorgen. Ik werd opgetogen van de geiten, schapen, lammetjes,….”
Uiteindelijk kreeg de geestelijke roeping de overhand. Datzelfde jaar vertrouwde hij zijn ouders toe dat hij na de middelbare school naar het seminarie wilde gaan. “Mijn moeder zei dat de beslissing niet ondoordacht moest worden genomen. Ze was natuurlijk bang, omdat dit betekende dat ik het dorp zou moeten verlaten.”
Toen ze merkten dat hij het meende, veranderden zijn ouders van toon: “Ze vertelden me dat deze roeping moeilijk was en de levensstijl veeleisend, dat het niet zo gemakkelijk zou zijn zoals ik het me als kind had voorgesteld,” herinnert hij zich.
Als 22-jarige die zijn roeping in het seminarie volgt, is Gabrijel zich bewust van de moeilijkheden van het priesterleven, vooral in een land waar religie vaak een factor is die leidt tot verdeeldheid, conflicten en oorlog.
Hij wil geen veeleisend leven, noch wordt hij gedreven door enige klerikale ambitie: “Ik wil een normale priester zijn: regelmatig bidden, mensen respecteren en van mensen houden. Op deze manier zal ik geen problemen hebben. Als deze eenvoudige grondslag van onze roeping wordt genegeerd, wordt men naar uitersten getrokken, naar plaatsen waar men niet hoort te zijn. Ik geloof dat een priester vandaag de dag in de eerste plaats moet staan op dit eenvoudige fundament van zijn roeping. Zo kan hij een priester zijn die bidt voor zijn volk en met zijn volk. Ik wil zo’n priester zijn, een eenvoudige priester die mensen gerust stelt.”
Gabrijel weet dat mensen troost nodig hebben. Dertig jaar na de oorlog is Bosnië en Herzegovina nog steeds een land dat verdeeld is door taal, etniciteit en religie. Onder de oppervlakte schuilt een potentieel conflict. Vele katholieken hebben het vertrouwen in de toekomst verloren en zijn vertrokken. Meer dan ooit heeft dit land goede, eenvoudige, vredelievende priesters nodig.
“De gevolgen van de oorlog zijn er nog steeds en zullen er nog lange tijd zijn. We moeten geen wraakzuchtige gedachten koesteren. Ik heb echter de indruk dat ze op de een of andere manier in de jongere generaties verborgen blijven. Niemand zegt het in het openbaar, maar als er zich een probleem voordoet in de economie of de godsdienst, hoe klein ook, dan valt onmiddellijk het woord oorlog of verdeeldheid en we weten allemaal waar dat toe leidt.”
“De mix van verschillende volkeren en culturen en ons moeilijke verleden kunnen tot verschillende conflicten leiden. Ik denk dat er conflicten zullen komen, maar ik denk niet dat dat een reden is om niet meer samen te werken,” zegt hij. Volgens hem is het geheim verder te kijken dan wat ons verdeelt en te kijken naar wat alle mensen verenigt. “Als je kijkt naar het leven van mensen in nood, dan maakt het niet uit of ze moslim, orthodox of katholiek zijn. Het zijn gewoon mensen die iets nodig hebben en die hun elementaire waardigheid terug moeten krijgen.”
Katholieke Kroaten zijn onevenredig zwaar getroffen door de naoorlogse ellende. Volgens pater Zdenko Spajić, rector van het theologisch seminarie in Vrhbosna, Sarajevo waar Gabrijel momenteel studeert, woonden daar na de oorlog 800.000 katholieken. Nu zijn het er minder dan 500.000. Toch speelt deze gemeenschap een belangrijke rol. “Wij zijn hier misschien de kleinste etnische groep, maar wij houden de twee volkeren en groepen bijeen,” zegt pater Zdenko, waarmee hij de Bosnische moslims en de Servisch-orthodoxe groepen bedoelt.
De gevolgen voor de katholieke bevolking treffen ook het 130 jaar oude seminarie, dat 25 jaar lang door de communisten werd gesloten en pas in 1969 heropende. “In die tijd hadden we meer dan 100 seminaristen en het aantal toekomstige priesters bleef vrij hoog tot de recente oorlog in de jaren negentig. Na de laatste oorlog hadden we hier meestal 70 tot 80 seminaristen.”
Nu is Gabrijel een van slechts twaalf seminaristen. Om zijn studie te kunnen voortzetten, is hij afhankelijk van de steun van weldoeners en organisaties zoals Kerk in Nood, vooral omdat het seminariegebouw aan renovatie toe is: “Ik vraag u ons te blijven steunen, want ook al is het aantal seminaristen afgenomen, dit gebouw is uniek en ik vind dat we ons moeten blijven inzetten voor de renovatie ervan. Een paar dagen geleden zei de rector dat de belangrijkste renovatie die van de seminaristen moet zijn,” zegt Gabrijel, die nu ver van zijn dorp en zijn dieren is, maar dichter bij zijn doel om een eenvoudige priester te worden in dienst van een verontruste natie.
Bekijk hier de video:
Uw gift wordt voor deze of gelijkaardige projecten en voor de pastorale opdracht van Kerk in Nood gebruikt.
Mededeling op uw overschrijving: 444-02-79 Bosnië en Herzegovina